zaterdag 13 oktober 2007

Defensie hoopte op meer resultaten bij missie in Uruzgan

“Nederland is aan de missie in Uruzgan begonnen met te weinig militairen om de geplande strategie uit te voeren.” Dit schrijft de krant de NRC op zaterdag. Verder slaagt de inktvlekstrategie nog niet helemaal en valt de missie veel duurder uit dan was begroot.

Het Nederlandse ministerie van Defensie had in 2005 veel grotere ambities voor de Afghaanse provincie Uruzgan dan eerder bekend was.

Uit een militaire presentatie die in handen van NRC Handelsblad is zou blijken dat er in een eerste inventarisatie sprake was van een plan om een veel groter gebied van de provincie te bestrijken. Hier zijn nu nog Amerikanen van de coalitie.

Het artikel heet dan ook: “De troepen die nooit naar Uruzgan kwamen: Nederlandse strategie in Afghanistan vanaf het begin gebouwd op onzekerheden.”

Volgens het militaire advies zou de door Nederland aangevoerde NAVO-stabilisatiemacht ISAF in de provincie in een niet nader genoemde periode worden uitgebreid tot 1800 à 1900 troepen.

In een vertrouwelijke militair advies uit 2005 over de Uruzgan-missie werd gesteld dat voor de Nederlandse aanpak in Zuid-Afghanistan eigenlijk honderden extra soldaten van NAVO-partners nodig waren.

Drie fasen
Ondanks het tekort aan militairen begon Nederland toch aan de missie. Via de “inktvlekstrategie” hoopte Defensie de Nederlandse invloed in drie fasen langzaam over Uruzgan uit te breiden.

Maar bij de start van de missie waren er alleen voldoende militairen voor de eerste fase, het bezetten van de zuidelijke steden Tarin Kowt en Deh Rawod.

Verdere uitbreiding van de “inktvlek”, waar dag in dag uit over werd gesproken, kon alleen worden uitgevoerd met extra militairen van “een relevante partner of partners”, aldus het militair advies in 2005.

Op dat moment was er echter al weinig zicht op dergelijke versterkingen. Dat blijkt uit onderzoek van de NRC.

Nederland zou ook de Amerikaanse bases Anaconda en Cobra in het noorden van Uruzgan overnemen.

Dit zijn twee zogenoemde “forward operating bases”, waar misschien maar enkele tientallen militairen hoeven te verblijven.

Versterkingen
Behalve Australië, dat geen lid van de NAVO is maar wel deelneemt aan de operaties in Afghanistan, is tot nu toe geen enkel land bereid extra troepen voor Uruzgan te leveren. Hoewel er ook Amerikaanse eenheden in Uruzgan actief zijn.

Volgens een woordvoerder van Defensie werd dat plan bijgesteld, omdat bleek dat de Verenigde Staten daar juist wilden blijven.

Het ministerie van Defensie erkent dat er in 2005 van uit is gegaan dat er versterking zou komen, maar wijst erop dat er in het militair advies op gewezen werd “dat niet alle fasen van de inktvlekstrategie konden worden doorlopen”.

Inmiddels heeft Nederland het aantal militairen verhoogd van 1.200 naar bijna 1.700. Deze troepen zijn niet voor de uitvoering van de inktvlekstrategie ingezet, maar om de snel verslechterende veiligheid in Uruzgan het hoofd te bieden.

Hierbij zou Nederland nu gesteund worden door een afdeling van de Ghurka’s uit het Britse leger. Verder zijn er in Afghanistan special forces van verschillende landen aanwezig, die ook op veel plaatsen kunnen worden ingezet.

Parlement
De plannen voor de inktvlekstrategie zijn nooit in detail gemeld aan de Tweede Kamer.

De zogeheten ‘artikel 100’-brief, waarin de missie werd aangekondigd, meldde slechts dat “niet uitgesloten is dat (...) de Nederlandse activiteiten (...) geleidelijk in noordelijke richting zullen worden uitgebreid,” zo staat te lezen in het NRC-artikel.

Volgens Defensie waren er destijds niet meer details te geven omdat niet te voorspellen was hoe de operatie zou verlopen.

De Nederlandse regering en het parlement namen begin 2006 het besluit om aan de missie in Uruzgan te beginnen. De missie zou twee jaar duren en daarna zou de NAVO voor opvolging zorgen.

Het ministerie benadrukt dat er bij de oorspronkelijke inventarisatie sprake was van een fasegewijze aanpak en dat die totale uitbreiding niet binnen twee jaar gerealiseerd hoefde te zijn.


Bondgenoten
De NRC concludeert dat “de Nederlandse strategie dus gebouwd was op onzekerheden.”

Hoewel er volgens Defensie met minstens één “niet nader te noemen Europees land” is gesproken over deelname aan de Task Force Uruzgan (TFU), bleek alleen Australië, dat geen lid van de NAVO is, mee te doen met 200 genisten.

Sindsdien hebben zowel Nederland als Australië versterkingen naar het gebied moeten sturen: niet om de inktvlek uit te breiden, maar vanwege de alsmaar verslechterende veiligheidssituatie.

Australië is ondertussen met ongeveer 1.000 militairen vertegenwoordigd in Afghanistan.

De Britten begonnen met ruim 2.000 militairen aan de missie in Helmand. Maar al gauw verklaarde een hoge militair wel 80.000 manschappen nodig te hebben om veiligheid te creëren in deze regio. Ze zijn er nu met ruim 7.000 soldaten.

Zoals Nederland wordt ondersteund door Australië, zo wordt Groot-Brittannië geholpen door ruim 400 Denen, 120 soldaten uit Estland en een beveiligingsdetachement van enkele tientallen soldaten uit Tsjechië. Dit wordt als veel te weinig beschouwd. Maar de grote bondgenoten weigeren te hulp te schieten.

De Denen naar Uruzgan, of de Denen naar Helmand? De Esten naar Uruzgan, of de Esten naar Helmand?

Nederland heeft nu bijna 1.700 militairen in Afghanistan, waarvan er 200 zijn gestationeerd op de luchtmachtbasis in Kandahar met 6 F-16-gevechtsvliegtuigen. Op deze toestellen wordt veelvuldig een beroep gedaan om luchtsteun te verlenen.

Nederland kan en wil de missie alleen voortzetten als NAVO-partners bereid zijn een deel van de Nederlandse inspanning over te nemen. Maar de onderhandelingen daarover verlopen zeer stroef. Men is al erg blij als Slowakije enkele tientallen militairen zou willen bijdragen aan de missie.

“Er kan niemand weg. Er gáát niemand weg”, citeerde de krant de secretaris-generaal van de NAVO, Jaap de Hoop Scheffer onlangs. Minister Van Middelkoop van Defensie vond deze uitspraak van zijn landgenoot voorbarig.

Maar op het ministerie van Defensie draait het om heel iets anders. Wie komt er bíj en juist in Uruzgan?

Maar niet alleen de Nederlanders willen graag versterkingen zien in hun provincie. Ook de Canadezen en Britten kunnen versterkingen in Kandahar en Helmand goed gebruiken. En volgens de cijfers nemen de gewelddadigheden ook in het westen en noorden van Afghanistan toe.

En de 1.200 Polen die in het voorjaar van 2006 zijn gearriveerd, hiermee wilde Polen een voorbeeld geven aan andere landen, zijn gestationeerd in het oosten van het land, waar de opstand van de Taliban ook in alle hevigheid woedt. En het voorbeeld vond geen navolging.

Waar de extra militairen vandaan moeten komen, is volgens waarnemers niet zo moeilijk te beantwoorden. Amerika wordt in staat geacht om met gemak duizenden militairen extra te leveren voor Afghanistan, maar ziet toch ook graag de bondgenoten om zich heen een grotere bijdrage leveren.

Volgens de krant de Herald Tribune wordt het grootste deel van Uruzgan beheerst door de Taliban en bendes. De regering gesteund door ISAF en de coalitie is alleen nadrukkelijk aanwezig in de hoofdstad Tarin Kowt en enkele districtscentra.

Doordat de opstand van de Taliban volgens verslaggevers steeds intensiever wordt, zijn er meer buitenlandse soldaten nodig. Verschillende keren is gemeld dat er ook meer soldaten van Afghanistan zelf worden verwacht.

Er was niet verwacht dat de opstand zo intensief zou worden? Er werd niet verwacht dat de corruptie in Afghanistan de hele ISAF-operatie en de wederopbouw afremt?

De kosten voor de hele operatie werden beraamd op ongeveer 300 miljoen euro. Nu ziet het ernaar uit dat dit bedrag op zal lopen naar 600 miljoen.

Defensie zegt in het dagblad dat het destijds niet meer details kon geven omdat niet te voorspellen was hoe de operatie zou verlopen.